Asbestsanering in de praktijk

Hamer behoort tot het selecte groepje van ongeveer 300 bedrijven die werken volgens Bijlage XIIIa behorend bij Artikel 4.27 en dus in Nederland asbest mogen verwijderen. We zijn er trots op dat we een bijdrage mogen leveren aan het asbestvrij maken van industrieel Nederland. Als totaalinstallateur, in o.a. de chemische- en voedingsmiddelenindustrie, zijn we gewend om volgens strikte regels en protocollen te werken. Dit onderscheidt ons dan ook van andere asbestverwijderingsbedrijven. Tevens kunnen wij het asbesthoudende materiaal zelf vervangen door veilige bouwmaterialen of de complete afbouw op ons nemen. Lees hier meer over asbestsanering.
Certificering
De verplichtingen waaraan voldaan moet worden om een sanering te laten plaatsvinden, zijn opgenomen in artikelen 4.27 en 4.28 van de arbeidsomstandighedenregeling door de stichting Ascert op 15 novmeber 2018 is vastgesteld. Het procescertificaat asbestverwijdering is gericht op de volgende onderdelen:
- Voorbereiding
- Uitvoering
- Eindcontrole en eindoplevering
- Afvoer asbesthoudend materiaal
- Het vervoer van astbesthoudend afval
1. Voorbereiding
In de voorbereiding wordt geëist van het saneringsbedrijf dat het de volgende externe documenten verwerft:
- Een inventarisatierapport incl. de risicoklasse indeling en verwijderingsvoorwaarden. Ter beschikking gesteld door de opdrachtgever
- Een compleet afschrift van de sloopmelding
In het asbest inventarisatierapport staat aangegeven onder welke risicoklasse de asbestverwijdering valt. Er zijn in totaal 3 risicoklassen. Dit zijn:
- Risicoklasse 1 – Blootstellingsniveau <2.000/m³
- Risicoklasse 2 – Blootstellingsniveau >2.000/m³
- Risicoklasse 2a* – Blootstellingsniveau >2.000/m³
*Deze risicoklasse geldt voor situaties waarbij overschrijding van de grenswaarde voor asbest amfibolen wordt verwacht.
De maatregelen die bij uitvoering getroffen worden is afhankelijk van de de risicoklasse.
2. Uitvoering
Het verwijderen van asbest kan plaatsvinden onder verschillende omstandigheden, namelijk in de open lucht en in containment.
- In de open lucht – buiten sanering:
Bij het verwijderen van hechtgebonden asbesthoudende materialen die zich aan de buitenzijde van een bouwwerk of object bevinden, is het niet noodzakelijk om compartimentering en in onderdruk houden van de ruimte toe te passen. Bij de eindcontrole is een visuele inspectie voldoende. - In containment – binnen sanering:
Bij asbestverwijdering in gebouwen moet er een containment gemaakt worden. Een containment is een besloten werkruimte waarbinnen de asbestwerkzaamheden plaatsvinden en ook het asbeststof vrijkomt. Het containment wordt zodanig ingericht dat er geen vezelverspreiding buiten het containment kan plaatsvinden tijdens de asbestwerkzaamheden. Het containment wordt zodanig ingericht dat er veilig gewerkt kan worden tijdens asbestwerkzaamheden.
3. Eindcontrole en eindoplevering
Het saneringsgebied dient, tot en met de eindcontrole, alleen door bevoegde personen te worden betreden die zich houden aan de hiervoor gestelde procedures. Dat zijn de DTA (Deskundig Toezichthouder Asbestsloop), de DAV (Deskundig Asbest Verwijderaar), het laboratorium die bij de eindcontrole de concentratie van asbestvezels na de sanering in de lucht meet. In het geval van een buitensituatie is een visuele controle voldoende.
4. Afvoer asbesthoudend materiaal
Bij asbesthoudend materiaal wordt veelal gedacht aan verwijderd asbesthoudend materiaal. Maar ook zaken als filterelementen, stofzuigpakken en besmette wegwerpkleding, hulpmiddelen, bouwmateriaal containment en besmet douchewater wordt ter plaatse gezuiverd voordat het wordt afgevoerd.
5. Vervoer van asbesthoudend afval
De uitvoerende partij zal in het bezit zijn van een begeleidingsbrief om het naar een erkende eindverwerker te transporteren.